Garnaalkroketten
Porties 4
Ingredienten
- 160 g garnalen gepelde
- 50 g roux (20g boter 30bloem)
- 1 eierdooier
- 3 citroenen
- 3 dl melk
- 1/2 dl room
- 1 koffielepel tomatenpuree
- 25 g peterselie
- zout
- 1 ei of 2 eiwitten
- 50 g bloem
- 2 cl Olie
- 150 g paneermeel
- cayennepeper
Instructies
- Breng 3 dl. melk aan de kook in een sauteuse.
- Laat 25 g. boter smelten in een andere sauteuse.
- Meng er met een houten lepel 30 g. bloem door.
- Laat enkele minuten bakken op de kant van het vuur of in de oven.
- Laat de roux afkoelen.
- Giet de kokende melk op de koude roux en breng al roerende terug aan de kook.
- Men moet een gladde saus bekomen zonder klonters.
- Kruid met zout en een snuifje cayennepeper.
- Voeg dan een koffielepel tomatenpuree toe.
- Een liaison toevoegen aan de béchamelsaus met een klopper.
- Meng er met een houten lepel de garnalen door en verhoog de smaak met citroensap.
- Strijk de bereiding uit op een met olie ingewreven plaat.
- Bedek het geheel met geolied papier en laat het op een frisse plaats afkoelen.
- Bereid een “Anglaise”.
- Canneleer 4 halve citroenen.
- Keer het afgekoelde garnalenbeslag op een met bloem bestrooide tafel. Verdeel het in stukken van ongeveer 40 à 50 g.
- Rol deze stukken kurkvormig.
- Haal ze dan één na één door de bloem (het overtollige afschudden).
- Haal ze vervolgens door de Anglaise.
- Wentel ze door het paneermeel en druk dit er goed op vast.
- Schik de kroketten naast elkaar in een frituurmandje.
- Dompel de kroketten in een warme frituur (180°).
- Laat ze 3 à 4 minuten fruiten tot ze goudbruin en knappend zijn.
- Neem de kroketten uit het frituurmandje en laat het vet uitdruipen op een handdoek.
- Fruit de peterselietakjes en dien op.