Het stoofvlees bereiden (ongeveer 200g per persoon): de 2 soorten vlees apart bereiden want everzwijn is sneller gaar dan hert.
Het vlees in blokjes snijden van 3 cm op 3 cm.
Kleuren in boter en kruiden met peper en zout.
Geëmenceerde ui stoven en bij het vlees voegen.
Bevochtigen met rode wijn, eventjes laten stoven en dan de wild fond toevoegen.
Tijm, laurier, jeneverbessen en airellengelei toevoegen.
Dit alles laten gaarstoven en binden met maïzena, afsmaken en een weinig cognac toevoegen.
Het vlees van het everzwijn en het hert mengen met elkaar en warm houden.
Eventueel per persoon een fazanten pilon gaarbakken en er bovenop leggen of het vlees van de bout laten gaarstoven en bij het andere vlees mengen.
De aardappelen schillen, wassen en in blokjes snijden van 1 cm.
¾ gaar koken in gezouten water.
Champignons in blokjes snijden.
Spek in fijne reepjes snijden zonder kraakbeen.
Dit alles bakken in olijfolie en boter, kruiden met peper en zout.
Bij bediening de gehakte bieslook toevoegen.
Wanneer men spek gebruikt, steeds opletten met zout.
De boschampignons borstelen, snijden en gaar bakken in boter met wat gehakte sjalotten en peper en zout.
Opdienen met vijg besprenkelt met honing.