Men portioneert de lever en houden deze fris in de koelkast.
Men verwarmt de honing en laat deze lichtjes kleuren waarna men er de azijn en de kalfsfond bij voegt.
Dit alles laat men op een klein vuurtje sudderen en uitkoken, daarna voegt men er de kaneel bij en brengen de saus op smaak en afwerken met een klontje boter.
Men wikkelt de peperkoek in de mengeling van de melk en de losgeklopte eieren en doen deze dan in de bruine suiker.
Dit wordt dan in een pan met boter gebakken en warm gehouden.
Op het einde bakt men de lever in een antikleefpan die goed warm is en zonder vetstof, goed afkruiden met peper en zout.
Men legt de gebakken lever op een keukenpapier om het vet te verwijderen.
Bediening
Op een warm bord plaatst men de peperkoek met daarop de lever.
De karamel errond en versieren met wat airellen en een bosje scheutjes.
Notities
Opletten met de kaneel want peperkoek bevat ook reeds kaneel.